Fossielen vertellen ons hoe het leven op aarde er vroeger uitgezien moet hebben en geven inzicht in de ontwikkeling van het leven op aarde.
Om snel een idee te krijgen van de ouderdom van een gesteente, maken geologen gebruik van zogenaamde gidsfossielen. Dit zijn fossiele soorten die kenmerkend zijn voor een bepaalde geologische periode.
De geologische tijdschaal wordt onderverdeeld in verschillende geologische perioden. We kunnen die perioden herkennen aan de hand van fossielen uit die periode.
Als we de fossielen nauwkeuriger determineren (vaststellen), kunnen we ook nauwkeuriger bepalen om welke geologische periode het gaat. Soorten die bij uitstek geschikt zijn om een bepaalde geologische periode te herkennen, noemen we dus gidsfossielen of indexfossielen.
Zo vormen verschillende soorten graptolieten belangrijke gidsfossielen in het Siluur en Ordovicium.
Ammonieten zijn belangrijke gidsfossielen voor het Jura en Krijt.
Voor het Cambrium zijn trilobieten de belangrijkste
gidsfossielen.
Nummulieten zijn de belangrijkste gidsfossielen voor het
Eoceen. Nummulieten betekent letterlijk munststeen (nummulus = muntje en lithos = steen).
Geen opmerkingen:
Nieuwe opmerkingen zijn niet toegestaan.